Van 17 tot en met 22 mei zijn de beste sporters in de olympische windsurf discipline IQFoil verzameld in Torbole, Italië voor het Open Europees Kampioenschap. Dit toernooi op het Garda meer is de eerste grote internationale test in deze nieuwe olympische klasse na de Olympische Spelen van Tokio 2021. In totaal zijn er meer dan 200 windsurfers ingeschreven uit 38 landen waaronder 11 Nederlanders.

Nationale selectie Team Allianz

Bekende namen op het inschrijfformulier zijn Kiran Badloe en Lilian de Geus die de overstap gemaakt hebben van de traditionele RS:X olympische windsurfer naar de nieuwe foilende klasse. Beide atleten vertegenwoordigden Nederland op de Olympische Spelen van Tokio nog geen jaar geleden.

Andere bekende Nederlandse namen zijn Luuc van Opzeeland, Huig-Jan Tak en die het heel goed doen in deze nieuwe klasse en regelmatig op het podium te vinden zijn in de internationale wedstrijden tot nu toe. 

Gezien het grote aantal inschrijvers worden de deelnemers opgesplitst in vloten. De openingsserie, een kwalificatie reeks en een finaleserie. De kracht van de wind bepaalt het gekozen type race.

Twee werelden komen bijeen

Opvallend is dat windsurfers van verschillende bloedgroepen op het zwevende iQFoil boards samenkomen. Badloe en De Geus komen uit de olympische windsurfwereld en een ander deel komt uit het professionele windsurfcircuit (PWA). Het is ondertussen duidelijk geworden dat het ideale gewicht in deze nieuwe klasse een stuk hoger ligt zowel bij de mannen als bij de vrouwen. Vandaar ook dat Badloe zo een 15 kilo heeft moeten bij trainen. Dat geldt ook voor Lilian de Geus, die een stuk sterker is geworden. Badloe won in Tokio de gouden olympische medaille in het windsurfen. Nu in deze nieuwe windfoil klasse moet Badloe maar ook De Geus weer opnieuw aanhaken bij hun concurrenten die niet stil hebben gezeten.

Kiran Badloe vindt het een prachtige uitdaging: ‘De klasse is ondertussen een beetje gesettled nu moet ik nog settlen in de klasse. Ik heb een jaar achterstand op mijn concurrenten, die veel uren hebben kunnen maken in de tijd dat ik bezig was met mijn olympische droom. Maar het is een uitdaging die ik niet uit de weg wil gaan. We doen het supergoed met de Nederlanders. Huig-Jan en Luuc maar ook Max en Joost, ze kunnen je allemaal zoek varen. Ons doel is om met z’n allen op een nog hoger niveau te komen, net als destijds met Dorian samen. Het is ook een kracht, een luxe situatie. Ik word niet nerveus van mijn inhaalslag. Ik leg geen druk bij mezelf en voel ook geen druk van buitenaf. Ik heb na de spelen een valse start gehad met een gebroken rib en te weinig gevaren. Mijn niveau moet en kan nog veel hoger.’

.Fotograaf: Sander van der Borch